Recept voor kerstkransjes

Ook kerstkransjes zijn typische en traditionele kerstkoekjes die niet mogen ontbreken tijdens de kerstdagen. Ook voor deze koekjes geldt dat je ze heel leuk kunt gebruiken als kerstversiering. Je kunt ze niet alleen in de kerstboom hangen, maar bijvoorbeeld ook aan een lintje in het raam. Ook leuk is het om de kransjes in een papieren zakje te doen en als presentje mee te nemen wanneer je op visite gaat.

Uw advertentie hier?

Dit heb je nodig

  • 250 gram bloem
  • 160 gram (room)boter
  • 120 gram basterdsuiker
  • 1 ei
  • 1 eetlepel rasp van een (ecologische) citroen
  • 1 theelepel bakpoeder
  • 1 ei voor het bestrijken van de koekjes
  • een beetje (kandij)suiker om over de koekjes te strooien
  • geschaafde amandelen

Zo maak je de kerstkransjes

Verwarm de oven voor op 190° graden.

Meng de boter, de suiker, de citroenrasp en het ei in een kom. Voeg bij gedeelten de bloem en het bakpoeder toe. Kneed dit tot een soepele bal.

Leg het deeg, ingepakt in plasticfolie, een uur in de koelkast om op te stijven. Na het opstijven het deeg nog even doorkneden en vervolgens uitrollen op een met bloem bedekt aanrecht tot 4 mm dikte. Steek de koekjes uit met een koekjesvorm of glas. Als je een gaatje in het midden wilt hebben, kun je bijvoorbeeld een appelboor gebruiken.

Leg de koekjes op een met bakpapier beklede bakplaat. Bestrijk de koekjes met een losgeklopt ei. Bestrooi ze met geschaafde amandelen en wat (kandij)suiker. Vet een bakplaat in met boter. Bak ze in ongeveer 15 à 20 minuten mooi lichtbruin.